Net na het startschot voor de vierde coronaprik voor mensen van 70 jaar en ouder eind februari ging het sterftecijfer onder deze groep snel omhoog, blijkt uit cijfers van het CBS. Volgens het statistiekbureau is de fors hogere sterfte in maart en de oversterfte in april echter ‘vermoedelijk’ te wijten aan corona en de griep.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) maakte vandaag bekend dat er in april wederom sprake was van oversterfte in Nederland. Die maand overleden bijna 1.850 meer mensen dan verwacht.
De sterfte was volgens het statistiekbureau vooral fors hoger onder Wlz-zorggebruikers (Wet langdurige zorg) en 65-plussers.
Vanaf 18 februari 2022 (week 7) werden 70-plussers, bewoners van verpleeghuizen en mensen met een ernstige afweerstoornis opgeroepen voor een vierde coronaprik. Vlak daarna, vanaf begin maart, gingen de sterftecijfers in Nederland snel omhoog, na een korte relatief ‘rustige’ periode. Toeval, volgens het CBS, dat de eventuele rol van vaccinaties helemaal niet noemt en de hoge sterftecijfers wijt aan corona en, na twee jaar complete afwezigheid terug van weggeweest, de griep.
Tijdelijk lagere sterfte
Vorig jaar was de oversterfte volgens het CBS 10 procent, vrijwel helemaal gerealiseerd in de tweede helft van het jaar. Na de eerste week van 2022 doken de sterftecijfers ineens naar beneden, tot iets onder normaal. In januari en februari van dit jaar overleden er in Nederland een aantal weken lang iets minder mensen dan verwacht.
Voor de leeftijdscategorie 65-80 waren er echter maar vier weken met ongeveer normale sterftecijfers, week 2,4,5 en 6. Vanaf maart ging de teller weer snel omhoog. Tot en met vandaag sterven er beduidend meer senioren dan normaal. Enige uitzondering in de reeks is week 9.
Nog steeds fors hogere sterfte
Hoewel het CBS zegt dat de oversterfte nu voorbij is, blijkt uit de cijfers dat er ook nu nog iedere week fors meer mensen sterven dan normaal, al valt het net nog binnen de bandbreedte. Wie kijkt naar onderstaande grafiek ziet echter dat de lijn voor 65-80-jarigen inmiddels weer omhoog gaat, nét onder het niveau van oversterfte. Ook de groep 0-65 jaar vertoont opnieuw een stijgende lijn.
Er is ook een reëele kans dat de cijfers van mei nog worden bijgesteld. Enkele weken geleden leek er in de cijfers van het CBS in april namelijk nog geen sprake te zijn van oversterfte. De cijfers van april zijn achteraf dus naar boven bijgesteld.
Misleidend
Om de sterfte af te zetten tegen andere jaren gebruikt het CBS een grafiek waarin alleen de jaren 2020, 2021 en 2022 met elkaar worden vergeleken. Dat is enigszins misleidend, want in de jaren voor de coronacrisis blijkt dat er normaal gesproken vanaf maart sprake is van een neergaande lijn. Het jaar 2022 laat echter, samen met 2020, een bijna omgekeerde trend zien. Zelfs in het jaar 2018, toen er sprake was van een flinke griepepidemie, lagen de sterftecijfers rond deze tijd in maart op een veel lager niveau dan dit jaar. Overigens werd er in 2018 in de media volop bericht over de druk op de ic’s en de uitpuilende ziekenhuizen. Toen leidde dat niet tot het invoeren van lockdowns en andere vrijheidsbeperkende maatregelen.
Ook oversterfte bij jongeren
Onder mensen jonger dan 65 jaar was de sterfte in week 18 (2 tot en met 8 mei) naar schatting 400, ongeveer evenveel als verwacht. Voor deze leeftijdsgroep was de sterfte in april ongeveer 150 meer dan de verwachte sterfte voor die maand, met in twee weken oversterfte.
CBS onderzoekt rol vaccinaties
Begin maart onthulde blckbx dat het CBS expliciet onderzoekt welke invloed de coronavaccinaties hadden op de torenhoge sterftecijfers in de tweede helft van vorig jaar, iets waarover daarvoor in alle toonaarden werd gezwegen. Volgens het statistiekbureau worden de resultaten van dat onderzoek in juni bekend.
Het CBS wijt de oversterfte in 2022 vooralsnog in ieder geval niet aan de mRNA-prikken, maar aan corona én de griep, die zoals gezegd precies vanaf begin maart weer helemaal terug is na bijna twee jaar afwezigheid.
Bron: Blckbx